Gemodder

U kent die ervaring wel. Het gaat allemaal niet vanzelf in de kerk, of het gaat moeizaam. Er zijn niet zomaar successen, en groots en blinkend is het vaak niet. Soms lijkt het op pappen en nathouden, soms lijkt het zelfs op gemodder, waar we mee bezig zijn in deze moeilijke tijden voor de kerk.

Als u denkt in termen van ‘gemodder’, steek ik u graag een hart onder de riem met een gedachte van onze kerkvader Augustinus, en hedendaagse theoloog Erik Borgman.

“De kerkvader Augustinus (354 430) wijst in één van zijn preken op het verhaal in het Johannes evangelie waarin wordt verteld hoe Jezus een blinde geneest door op de grond te spugen en het modderpapje dat zo ontstaat op diens ogen te smeren (Johannes 9:1-8).

Modderen kan blijkbaar ogen openen, kan leren zien.

Augustinus vergelijkt het speeksel van Jezus dat zich vermengt met het stof van de aarde om samen modder te worden, met het Woord van God dat zich naar christelijke overtuiging heeft verbonden met stof van de aarde en in Jezus Christus onder ons vlees is geworden.
Ons zoeken naar wat het goede leven is, waar het aan het licht komt en hoe wij het hoog kunnen houden, neemt vaak de vorm aan van weinig verheffend gemodder. Dit is naar christelijke overtuiging echter niet onze schande, maar onze eer.
In het gemodder is God reëel aanwezig en breekt het koninkrijk van God zich baan. Het goede leven begint niet pas als het gemodder voorbij is en het goede leven in zijn zuivere verhevenheid onder ons schittert. Het goede leven is juist onder ons aanwezig als gemodder en geploeter.”

(Erik Borgman, Sociale kwesties als wegen naar de toekomst: het verheven belang van modderen | Christen Democratische Verkenningen (tijdschriftcdv.nl) )

Joh 9, 1-7 NBV21
In het voorbijgaan zag Jezus iemand die al vanaf zijn geboorte blind was. Zijn leerlingen vroegen: ‘Rabbi, hoe komt het dat hij blind was toen hij geboren werd? Heeft hij zelf gezondigd of zijn ouders?’ ‘Hij niet en zijn ouders ook niet,’ was het antwoord van Jezus, ‘maar Gods werk moet door hem zichtbaar worden. Zolang het dag is, moeten we het werk doen van Hem die Mij gezonden heeft; straks komt de nacht en dan kan niemand iets doen. Zolang Ik in de wereld ben, ben Ik het licht voor de wereld.’
Na deze woorden spuwde Hij op de grond. Met het speeksel maakte Hij wat modder, Hij streek die op de ogen van de blinde en zei tegen hem: ‘Ga u wassen in het badhuis van Siloam.’ (Siloam is in onze taal ‘gezondene’.) De man ging weg, waste zich, en toen hij terugkwam kon hij zien.

Mijn hartelijke groet, namens het Breed Moderamen van de Classis Noord-Brabant, Limburg en de Réunion Wallonne.
In Christus verbonden,

Ds. Marco Luijk
Classispredikant Noord-Brabant, Limburg en Réunion Wallonne
m.luijk@protestantsekerk.nl
tel. 06 52 33 52 85

Download deze tekst en veel meer in de Nieuwsflits van augustus: NIEUWSFLITS_augustus_2024